Noordsvaarder II, West Terschelling - 10 km
Alleen op de maan
Er kan wat regen vallen, meldde de weerman gisteravond op televisie. Als we naar boven kijken zien we deze morgen ook niets dan onheilspellende grijze wolken. Maar we zijn hier maar een paar dagen en willen ons plan, de Noordsvaarder ontdekken, niet laten ontnemen door een voorspelling en donkere wolken. Voor de zekerheid stoppen we een klein, inschuifbaar parapluutje in de rugtas om te kunnen schuilen als het te erg regent.
We lopen bij het monument het strand op. We zien op het strand een soort van sprietjes omhoog steken. Het lijkt wel gras van zand. Dichterbij gekomen zien we dat het zandkokerwormen zijn die via die buisjes voedsel zoeken op het zand. Er ligt ook nog ijs want het heeft de afgelopen periode gevroren. Als je op het ijs loopt schiet er binnen een straal van zo’n 3 meter door de druk wat water uit gaten . Schotsen liggen als een mozaïek in elkaar. Het is apart om te zien hoe het water bevroren is, hier en daar lijkt het wel plastic dat over het zand gedrapeerd is. Met moeite rukken we ons los van al dit moois want we moeten nog een heel eind lopen namelijk naar de westelijke punt van Terschelling.
We volgen de vloedlijn en als de veerboot langs komt hebben we het gevoel dat deze immens groot is. Er ligt hier ook nog een heel groot stuk bevroren water. Het waait hard en we hebben moeite om rechtdoor te lopen en staan te blijven. Spannend is het wel. We zien in de verte de laatste duinen en koersen daar op aan. Die duinen zijn veel verder dan we denken en als we ons omdraaien wordt de Brandaris steeds kleiner.
maanlandschap
De immense zandvlakte is overal om ons heen. We lopen niet langer langs de vloedlijn, maar volgen een rechte lijn richting de meest westelijke duinen die we zien. We hopen paal ‘0’ te bereiken zodat we weer een goed oriëntatiepunt op de kaart hebben. De zandvlakte gaat aan het einde over in hier en daar wat lage duintjes. We gaan een duintje op en hebben uitzicht op het Vlie, het water tussen Terschelling en Vlieland. Aan de voet van de eerste hoge duin doen we een poging om een broodje zonder toevoeging van zand te eten. Dat mislukt want de wind kringelt om ons heen.
Zo, met toegeknepen ogen vanwege het zand, zie ik ineens de contouren van schepen, handelsschepen, oorlogsschepen en vissersschepen. Wat heeft zich hier wat afgespeeld! Door het Vlie kwamen de Engelsen in 1666 met snode plannen, ze verrasten de koopvaardijschepen en staken de meesten in brand. De Noordsvaarder was er toen nog niet eens, waar we nu zitten was vroeger ook zee. We zitten hier bovenop de geschiedenis.
We schudden het verleden van ons af en gaan het duin op om te kijken welke richting we uit moeten. We willen naar het voormalig schietterrein. We moeten daarvoor de zandvlakte nogmaals oversteken en dat valt vies tegen. Het is pal tegen de wind in, het zand jaagt in patronen over de grond en ik duik diep in mijn shawl en muts. Nog steeds hebben we geen mens gezien en met dit ruige landschap verbeelden we ons dat we op een andere planeet zijn. Maar dan vinden we eindelijk paal '0', op een heel andere plaats dan we gedacht hadden, en we zijn weer terug op de Noordsvaarder.
schietterrein
We lopen het voormalig schietterrein, betreden op eigen risico, links om. De duinen liggen vol met oude metalen, die roestig in het zand liggen. Tot 1996 werden hier regelmatig oefeningen gehouden. Wat zonde dat de duinen nu nog zo bevuild zijn. Rechts van ons is de slufter, waar vogels een goed thuis hebben in en om het water. We lopen door mul zand, het is zwaar en van een echt pad kun je niet meer spreken. Deze route wordt vast niet veel gelopen want het paadje is overwoekerd met struiken. We lopen om het schietterrein heen en gaan weer richting Brandaris. Het pad ligt laag en is drassig en niet altijd toegankelijk. Riet danst op de wind naast ons terwijl we het slingerende paadje volgen. We lopen op de scheiding van moerassige grond naast de slufter rechts van ons en vele lage duinen aan onze linkerzijde. Het is een prachtig gezicht en het doet ons verlangen naar de zomer wanneer dit alles groen, geel en paars kleurt.
Bij het Groene Strand staan we opeens voor een klein stroompje, te groot om overheen te springen. Het pad loopt gewoon door aan de andere kant dus wat dat betreft zitten we goed. We besluiten het er op te wagen en gaan via wat gras- en rietpollen naar de overkant. Onze wandelschoenen zijn gelukkig waterdicht en sluiten boven de enkels. Schoenen nat maar voeten droog. Goede wandelschoenen zijn onmisbaar bij dit soort wandelingen. We slingeren nog een beetje door de duinen bij het Groene Strand en komen uit op de zandvlakte waar we vanochtend gestart zijn, de cirkel is rond.
Met een kop warme thee komen we weer een beetje bij. Het was zwaar, de wind, het mulle zand. Tezamen met de uitgestrektheid en verlatenheid van het gebied een waar avontuur!
informatie Noordsvaaarder
De Noordsvaarder is een Staatsnatuurmonument sinds 1924 en wordt beheerd door Staatsbosbeheer. De grote zandbank vond in 1866 aansluiting met het eiland en beslaat het gebied van West Terschelling tot paal 8. Voor meer informatie en geschiedenis zie Noordsvaarder I.
het Vlie
Deze geul tussen Vlieland en Terschelling is onderhevig aan de getijden en perst zich tussen de beide eilanden door. Het is een plaats waar vroeger de vrije Friezen zich de Vikingen van het lijf hielden. Later was het een belangrijke vaarweg om vanaf de zee naar de langs de Zuiderzee gelegen handelssteden te varen. In een topografische atlas uit 1990 staat dat het Vlie op een punt zo’n veertig meter diep is. De zandbodem verplaatste zich nogal eens waardoor Terschelling soms minder goed te bereiken was. Tegenwoordig wordt de verzanding tegengegaan door baggerwerkzaamheden, maar nog steeds staat het Vlie bekend als een geul waar de schipper de aandacht er goed bij moet hebben.
militair oefenterrein Noordsvaarder
Na de Tweede Wereldoorlog werd een deel van de Noordsvaarder ingericht als schietrange, een oefenterrein voor de luchtmacht. Om een idee te geven van de hoeveelheid vluchten in een jaar, in 1989 werden 2.498 vluchten uitgevoerd op de Noordsvaarder. In 1996 is het schietterrein samengevoegd met de schietrange van Vlieland, de Vliehors. Het gebied is zo goed mogelijk schoongemaakt en ontdaan van onontplofte projectielen maar er liggen nog veel metalen.
brandschatten en plundering
Terschelling is van hand tot hand gegaan via verkoop, vererving of bezetting. Het eiland hoorde bij Friesland toen weer bij Noord Holland totdat in 1951 de Nederlandse regering het officieel bij Friesland voegt.
Terschelling viel ten prooi aan plunderaars en brandschatters. In 1373 kwam Willem van Naaldwijk naar het eiland en nam ‘zijn’ deel terwijl in 1397 Gerrit van Egmond recht dacht te hebben op schatting (belasting) onder bedreiging van brand.
In 1569 overvielen de watergeuzen Midsland en Striep maar in 1572 maakten de Spanjaarden een geuzenschip buit (eten en gegeten worden) en overnachtten met hun gevangenen op Terschelling. Deze werden naar Groningen gebracht en daar onthoofd.
Er waren ook een aantal oorlogen met de Engelsen. Zeeslagen om de heerschappij op zee. Het water rond Terschelling was een belangrijke transportweg voor handelslieden en koopvaarders. In 1666 verborg de Nederlandse vloot zich in een gevaarlijke zee-arm. De Engelsen durfden niet te volgen maar vernamen dat er koopvaardijschepen in het Vlie lagen, wachtend op gunstige weersomstandigheden om uit te varen. Op 19 augustus werden bijna alle koopvaardijschepen in brand gestoken en een dag later werd West Terschelling door de Engelsen geplunderd en in brand gestoken.
In de Tweede Wereldoorlog werd Terschelling bezet door de Duitsers. Op het eiland zijn daar nog sporen van te vinden zoals de vele bunkers.
zandkokerworm
Een worm die in een eigengemaakte koker leeft. Het deel dat boven het zand uitsteekt bestaat uit een slappe koker van slijm met zandkorrels. De zandkokerworm heeft twee tentakels. Als het water hoog wordt zoeken de tentakels algjes op de bodem. De trilhaartjes binnen in de koker zorgen ervoor dat de algjes de worm bereiken. De kokertjes kunnen wel tot 11 cm lang worden en als de wind ze onder blaast kunnen ze zelfs nog een beetje groeien.
schelpdieren
Er zijn schelpdieren die zich ingraven en via levensbuizen (sifo’s) hun voedingsstoffen verkrijgen. Het is een soort van filtratiesysteem. Via de ene sifo wordt het water met voedingsstoffen opgezogen waarna de afvalstoffen via de andere buis afgevoerd worden. Een voorbeeld hiervan is de kokkel die vlak onder de oppervlakte leven. Gemiddeld filtreert een 3-jarige kokkel zo’n halve liter water per uur. Dat betekent, gezien het aantal kokkels, dat het water van de Waddenzee in enkele weken tijd gefiltreerd wordt.
Dat betekent dat, gezien het aantal kokkels, het water van de Waddenzee in enkele weken tijd gefiltreerd wordt.
Een andere schelp is de platte slijkgaper, een platte, ronde, dunschalige schelp die tot zo’n 5 cm lang wordt. Deze schelp zuigt met de ene sifo langs het bodemoppervlak om op die manier voedsel te verkrijgen om dat vervolgens weer via de andere sifo af te voeren.
bron o.a. Reisgids voor Terschelling, Bauke Boomstra & Piet Lautenbach.
Wandeling Noordsvaarder II
Met verhaal, kaart, foto’s en achtergrondinformatie.
Terschelling, Friesland 10 km.
Noordsvaarder II
Karakteristieken
Strandvlakte, stuifdijken, kwelders, duinmeren.
Bijzonderheden
Staatsnatuurmonument (1924).
Grootte
650 ha.
Ligging
Westelijk deel Terschelling
Toegankelijkheid
Vrij toegankelijk op paden, geen voorzieningen